
Hoe ik aan een versje kom wordt prachtig verwoord door de Amerikaanse dichteres Ruth Stone:
Soms, als ze op het veld aan het werk was, voelde ze, hoorde ze een gedicht aankomen, over het land. Het was, zo zei ze, alsof er een grote golf lucht kwam aanrollen.
Zo'n gedicht golfde dan over het land naar haar toe. Ze hoorde het en voelde het. De grond onder haar voeten begon te schudden en ze wist dat haar op dat moment maar één ding te doen stond: rennen voor haar leven. Ze haastte zich dan naar huis, achtervolgd door het gedicht en ze wist dat ze zo snel mogelijk pen en papier moest zien te pakken. Al gauw zou het gedicht door haar heen komen golven en dat was haar enige kans om het op te schrijven. Soms reageerde ze niet snel genoeg. Dan rende ze zich de benen uit het lijf, maar kwam toch niet op tijd thuis. Op zulke momenten schoot het gedicht door haar heen en verdween over de velden achter het huis, op zoek naar een andere dichter.
Verwondering voert de boventoon in de versjes die in me opkomen en het 'lief'- gehalte is hoog.